Colostoma

Verbinding tussen de dikke darm en de huid

Als iemand een colostomie krijgt betekent dit dat een deel van de dikke darm is verwijderd. Het deel van de darm dat gespaard is gebleven, wordt door de buikwand via een operatief gecreƫerde opening in de dikke darm (colon) naar buiten gebracht, aan de huid vastgehecht en dit vormt de stoma. Dit om de evacuatie van restafval en gassen mogelijk te maken.


Afhankelijk van de lengte van het gedeelte van de dikke darm dat is weggenomen, zal de ontlasting meer of minder vast zijn.


Een stoma is vochtig, glimmend en donkerroos van kleur (gelijkaardig aan het weefsel dat jouw mond aflijnt). Een stoma bevat geen zenuweinden en is daardoor ongevoelig voor aanraking of pijn. Het is nochtans zeer rijk aan bloedvaten en kan lichtjes bloeden bij wrijving; dit is geen reden tot alarm. Een stoma kan lichtjes krimpen tijdens de eerste paar maanden na de operatie en moet daarom regelmatig gemeten worden om zeker te zijn van nauwkeurig passende opvangapparatuur.


Een stoma is niet voorzien van een sluitspier. De afvalproducten worden nu verwijderd via het stoma-opvangsysteem of zakje dat aan jouw buik bevestigd is. Er zal noch aandrang, noch controle over de ontlasting zijn zoals voorheen. In het begin zal de ontlasting meer vloeibaar zijn, maar zal geleidelijk verdikken tot een meer normale vastheid.


Kanker is vaak de reden voor deze ingreep, maar de dikke darm kan ook door andere oorzaken aangetast zijn.

Colostoma